Sarens volbrengt Mission 26

Sarens06_MG.jpg

Wolvertem, 30 oktober 2012. De ruimteveren of space shuttles zijn monumenten geworden van het Amerikaanse luchtvaartpatrimonium. Het uit dienst genomen ruimteveer Endeavour werd door de NASA aan het California Science Center in Los Angeles geschonken. De Belgische firma Sarens transporteerde deze shuttle in oktober 2012 van Los Angeles International Airport (LAX) naar het Science Center, een afstand van 19 km. De belangstelling voor dit uitzonderlijk vervoer was overweldigend. De Amerikanen volgden het transport op de voet, met het nodige gevoel voor techniek, passie en vaderlandsliefde. Endeavour had 25 missies in de ruimte voltooid. ‘Mission 26’ was de laatste trip, deze keer richting museum.

Vliegen naar LA
Op 21 september 2012 werd de Endeavour door de Boeing 747 SCA (Shuttle Carrier Aircraft) van NASA, overgevlogen van het Kennedy Space Center in Florida naar Los Angeles International Airport (LAX). De landing in LAX werd voorafgegaan door flyovers en low passes van plaatsen die een rol hadden gespeeld in de geschiedenis van dit ruimteveer: het Kennedy Space Center, Cape Canaveral, Houston,  Edwards Air Force Base , enz. (zie ook YouTube: www.youtube.com/watch?v=cQbYPnfoAPk). Na de landing kwam de Amerikaanse afdeling van Sarens in actie, zij hadden de eer om het ruimteveer door de straten van LA naar het wetenschapsmuseum van de stad te vervoeren.

Sarens North America bracht de Endeavour van Los Angeles international Airport (LAX) naar zijn nieuwe thuis in het California Science Center (www.californiasciencecenter.org), nabij de University of Southern California. (Foto Matthew Givot)

Sarens: ‘Nothing too heavy, nothing too high’
Als het op het tillen of verplaatsen van zware lasten aankomt, dan kunnen we niet voorbijgaan aan de gerenommeerde firma Sarens. Het Belgisch familiebedrijf blijft bouwen op een rijk verleden.  Hendrik Sarens (aandeelhouder en lid van de raad van bestuur van Sarens): “Mijn grootvader had een gezin met twaalf kinderen. De man had een boerderij in Steenhuffel en daar is ook de industriële activiteit van Sarens gestart, eerst met het transport van zware boomstammen. In 1992 zijn we verhuisd naar dit 40 ha groot domein op het grondgebied van Wolvertem en Londerzeel, naast de autoweg A12. Ik behoor tot de derde generatie van Sarens die hier aan het werk is, ondertussen is ook de vierde generatie aangetreden in de leiding van het familiebedrijf. We zijn nu aanwezig in 53 landen met 3.600 medewerkers waarvan er 600 in België werken. Onze omzet voor 2012 zal meer dan 500 miljoen euro bedragen. Een tijdlang waren we actief op alle continenten, ja zelfs op Antarctica waar we twee rupskranen ter beschikking hadden voor de bouw van het Duitse onderzoeksstation Neumayer III. Die kranen werd tijdens de Poolwinter in de sneeuw ondergegraven om na de winter heropgestart te worden. Een hele technische uitdaging. De verplaatsing van de Endeavour heeft gezorgd voor een onvoorspelbaar grote media-aandacht, maar het was zeker niet onze grootste technische verwezenlijking. De Endeavour weegt ongeveer 70 ton.  In 2009 hebben we in Noorwegen, voor een klant die actief is in de olie- en gasindustrie, een lading verplaatst van maar liefst 15.000 ton, een wereldrecord.”

Hendrik Sarens (raad van bestuur Sarens): “We zijn trots dat we de Endeavour naar het museum mochten vervoeren en we ontvingen daarvoor internationaal felicitaties. Onze grootste technische verwezenlijking was het niet, maar de mediabelangstelling was enorm.” (Foto Paul Van Caesbroeck)

Ook de Belgische luchtvaartsector deed al meermaals beroep op Sarens, zoals voor de verplaatsing van een tijdelijke transithal op Brussels Airport (1991) of voor het verschroten van de Sabena Boeing 747-129 OO-SGA (1994). Hendrik Sarens: “Internationaal hebben we heel wat luchtvaartcontracten afgewerkt. Door de introductie van de Airbus A380 hebben verschillende luchthavens hun infrastructuur moeten aanpassen, denk bijvoorbeeld maar aan de installatie van dubbeldek-passagiersbruggen. Onze knowhow voor het tillen en verplaatsen van zo’n zware lasten stellen we rond de klok beschikbaar voor de luchtvaart.”

Sarens heeft al meermaals assistentie verleend aan de luchtvaartsector. De Sabena A340-211 OO-SCW op 1 september 1998 gefotografeerd voor loods 40 op Brussels Airport. Het toestel had op 29 augustus 1998 een ongelukkige landing gemaakt en Sarens ondersteunde motor drie en vier bij het takelwerk. (Foto Frans Van Humbeek)

Trailers
De Endeavour werd door de straten van LA gereden op vier zelfstandig aangedreven wagens, de Self Propelled Modular Trailers (SPMTs). Aan iedere eenheid zit een power pack, een dieselmotor die een hydraulische pomp aandrijft en de SPMT in vrijwel alle richtingen kan sturen. Een operator stapt naast de SPMT’s en bedient het geheel met een draadloze besturing. De vier SPMT’s functioneren als één geheel. Boven op de trailers was in LA een driepunts-draagstructuur gemonteerd, vergelijkbaar met deze die gebruikt werd om het ruimteveer op de rug van de Boeing 747 SCA te vervoeren.

De trailers rijden niet sneller dan 8 km/h, bij de verplaatsing van de Endeavour haalden ze een snelheid van ongeveer 3 km/h. Ze worden bestuurd door één operator, hij staat in contact met twee collega’s die het transport begeleiden en precieze instructies geven om zelfs de kleinste hindernissen te kunnen ronden. Er werd een bijzonder ervaren team van Sarens ingezet, mensen met tientallen jaren ervaring in buitenmaatse transporten.

In de ruimte haalde de Endeavour 28.000 km/h, in de straten van LA maximum 3 km/h. (Foto Matthew Givot)

Hendrik Sarens: “De voorbereidende studie voor het transport gebeurde hier in Wolvertem, in het hoofdkantoor van Sarens. Ongeveer een jaar is aan de voorbereiding van dit project gewerkt. Alle grote projecten worden hier aan experts voorgelegd ter goedkeuring. De praktische uitwerking gebeurde door onze collega’s van Sarens North America.”

Endeavour
Er werden zeven ruimteveren gebouwd (Enterprise, Pathfinder, Columbia, Challenger, Discovery, Atlantis en Endeavour). Enterprise en Pathfinder waren testexemplaren en vertrokken nooit naar de ruimte. De bouw van de Endeavour kostte toen 2,2 miljard dollar. Het toestel werd aan de NASA geleverd op 31 juli 1987. De eerste vlucht van de Endeavour vond plaats van 7 mei tot 16 mei 1992, de laatste van 16 mei tot 1 juni 2011. Endeavour vertoefde bijna 300 dagen in de ruimte met in totaal een 150 bemanningsleden en draaide 3.964 rondjes om de aarde. Zowel MIR als ISS kregen hoog bezoek van de Endeavour.

De space shuttle Endeavour (NASA-aanduiding Orbital Vehicle OV-105) was de vijfde operationele ruimteveer die werd gebouwd en een van de overgebleven ruimteveren na het verongelukken van de Challenger (28 januari 1986) en de Columbia (1 februari 2003). De Endeavour was de vervanger van de Challenger en is genoemd naar het eerste schip van de Britse ontdekkingsreiziger James Cook, de  HM Bark Endeavour (1768). De reis van James Cook leidde ondermeer tot de ontdekking van Hawaï.

Spectaculaire foto van de Endeavour die in LA tussen de verlichtingspalen wordt geleid. (Foto Sarens)

Een heuse routineoperatie is het transport tussen het ruimtestation en de aarde nooit geworden, daarvoor was het toestel te complex. De ontwerpers waren de uitdaging aangegaan om een toestel te bouwen dat zowel in de ruimte als in de atmosfeer kon ‘vliegen’, een uiterst complexe combinatie. De cockpit was wat lay-out betreft te vergelijken met een vliegtuig, inclusief pedalen, control sticks, speed brakes, glass cockpit met head-up display (HUD), fly-by-wire (FBW) en autoland. De gezagvoerder (links) en de piloot (rechts) namen vooraan in de cockpit plaats. Een flight engineer zat achter een centrale console, eventueel aangevuld met een astronaut. Andere astronauten namen plaats in een ruimte achter de cockpit. Na de start of landing werden de stoelen in de cockpit opgeklapt, uitgezonderd deze van gezagvoerder en piloot. Gedurende de nadering van de landingsbaan was het ruimteveer een zweefvliegtuig. De bemanning had maar één kans om een correcte landing te maken, een doorstart was onmogelijk. De daalhoek bedroeg zo’n 20°, driemaal scherper dan deze van een verkeersvliegtuig. Op 1.500 voet hoogte ging het dan level off naar 1,5° met een nose-hight flare manoeuvre voor de landing. Amper vijf minuten verstreken tussen de start van de daling op 16 km hoogte en de landing. Het ruimteveer daalde dus als een goed gevulde zak bakstenen.

Mission 26
Sarens heeft tussen vrijdagnacht 12 oktober en zondag 14 oktober 2012 het ruimteveer Endeavour perfect door de straten van Los Angeles geloodst.  Het buitenmaats transport dat ongeveer 48 uren duurde, verliep binnen de vooropgestelde tijd. Natuurlijk was de eerste regel ‘safety first!’.

Wat de grootte betreft kan het ruimteveer vergeleken worden met een Boeing  727. De 23,8 m spanwijdte van het ruimteveer was soms breder dan de weg die voor hem lag. Vooraf waren de grootste obstakels verwijderd. Hoewel er honderden bomen werden gekapt, zal na het transport een veelvoud jonge bomen aangepland worden. Verkeerslichten en straatmeubilair kregen een tijdelijke locatie toegewezen en hoogspanningslijnen moesten voldoende opgetrokken worden om het vertikaal staartvlak van de shuttle door te kunnen laten (maximum hoogte van de shuttle 17,2 m). Op sommige plaatsen was geen vinger ruimte meer tussen de vleugeltippen van de shuttle en obstakels als afsluitingen of publiciteitsborden. Naast het team van Sarens waren duizenden helpende handen nodig om het transport in goede banen te leiden (wegbebakening, veiligheidspersoneel, cateringpersoneel, staf van het museum, enz.)

Een prachtige detailfoto van de hoofdmotoren (grote uitlaten) en het achterste reactiecontrolesysteem (kleine uitlaten). Onderaan zien we ook de flap die achteraan de romp is bevestigd, de body flap. (Foto Matthew Givot)

Het ruimteveer lijkt erg robuust maar toch moet er zeer omzichtig met zo’n toestel worden omgesprongen. Een zeer kwetsbaar onderdeel is het hitteschild. De glazen tegels van het beschermend schild onderaan, zijn zeer hittebestendig maar uiterst kwetsbaar. Iedereen was dan ook opgetogen toen het ruimteveer op zondagnacht zonder één enkel schrammetje werd afgeleverd in het wetenschapsmuseum van LA.

Sociale netwerken
Het Amerikaanse publiek reageerde natuurlijk bijzonder enthousiast op het uitzonderlijke transport. De ruimteveren sluiten een groots tijdperk af. Amerikanen hebben een heel emotionele band met ‘hun’ shuttles. Ze bezorgden Amerika een technologisch hoogstaand ruimteobjectief en voor vele Amerikanen genereerde het ruimtevaartprogramma ook werkgelegenheid. Duizenden dankbare inwoners van LA kwamen het transport ter plaatse volgen. Het publiek leefde mee als er hindernissen moesten overwonnen worden, we zagen LA op zijn best.

De shuttle weegt 70 ton, vleugelwijdte 23,8 m, 37,3 m lang en 17,2 m hoog tot de tip van het vertikaal staartvlak. Hier staat het toestel op de Self Propelled Modular Trailers van Sarens. Vooraan in de romp zien we de uitlaten van het Reaction Control System van het ruimteveer, de raketmotoren die het toestel in de ruimte besturen. (Foto Sarens)

Op de sociale netwerken kon het transport op de voet gevolgd worden. Toffe berichten werden gepost, zoals deze boodschap voor de experts van Sarens (15 oktober): “I live here in Los Angeles and was there among an estimated 1 million people . Watching and videoing the Shuttle go down a city street. My turtle begged me to let him down so he can race the snail moving shuttle.It was totally wierd if you think about it. If you told me that there’s a shuttle going down the street in Los Angeles,I’d think your nutter then a fruit cake.The riggers and movers deserve their own parade.They were on top of their game. My hard hat is off to them guys.”

Over het Endeavour-transport van Sarens staan prachtige beelden online, bijvoorbeeld deze time lapse ‘Mission 26’ van Matthew Givot. Iemand schreef hierover: “I’ve watched this amazing video about a hundred times…I cried the first time I saw in and am still crying. I am so proud of America’s work in the Space Race, and this just brings it all back to me. Very, very wonderful and inspiring video. Thank you so much for making it available to the public so that we could share in this important event. Oh, by the way, I’ve emailed it to at least 500 friends of mine, and lots and lots of them have sent back comments similar to mine!” ‘t Is dus zeker de moeite waard om deze beelden te bekijken, ontroerend mooie technologie : https://vimeo.com/51621640

Tijdelijke loods
Het ruimteveer wacht nu in een tijdelijke loods van het California Science Center tot de permanente tentoonstellingsruimte in 2015 is afgewerkt. Daar zal de Endeavour vertikaal in zijn lanceerpositie aan het publiek getoond worden, met daarrond een stellage en wandelwegen zodat alle plekjes kunnen bekeken worden. Bij een bezoek aan LA springen we daar zeker binnen en dan denken we even terug aan het team van de Belgische firma Sarens dat deel uitmaakte van de succesvolle Mission 26.

De Endeavour staat nu in de tijdelijk Samuel Oschin Space Shuttle Endeavour Display Pavilion.  Samuel Oschin (°1914, †2003) is een filantroop uit Los Angeles. Onderdelen uit de Endeavour zullen hier ook tentoongesteld worden.  (Foto Matthew Givot)

Info ondermeer uit Wikipedia en ‘At the controls. The Smithsonian National Air and Space Museum Book of Cockpits’ (Airlife Publising, UK, 2001). Special thanks to Matthew Givot (www.matthewgivot.com) en Sarens (www.sarens.com).

Frans Van Humbeek
Foto’s: Paul Van Caesbroeck

Frans Van Humbeek

Frans Van Humbeek

is hoofdredacteur van Hangar Flying. Hij is freelance luchtvaartjournalist en auteur van verschillende luchtvaartboeken. Frans probeert zowat alle facetten van de Belgische luchtvaart op te volgen, maar zijn passie gaat vooral uit naar het luchtvaarterfgoed en de geschiedenis van de Belgische vliegvelden. Binnen het redactieteam van Hangar Flying zorgt hij ook voor de updates van www.aviationheritage.eu.

Deze website maakt gebruik van cookies om uw gebruikservaring te optimaliseren. Door verder te surfen, stemt u in met ons Privacy & Cookie beleid. Accepteren Lees meer

'Deze Accepteren Lees meer