Gedenkteken voor de bemanning van Lancaster III JB733 PM-K 103 Sqn

Op 31 maart 1944 ging het zogenaamde Transportation Plan in werking: dit plan omvatte de bombardementen van de belangrijkste spoorwegknooppunten en rangeerstations in België en Noord Frankrijk. De bedoeling was om het Duitse Leger te beletten om versterkingen aan te voeren naar de zone waar de in de steigers staande invasie van het continent zou plaatsvinden. In de nacht van 11 op 12 mei 1944 waren de stations van Hasselt en Leuven het doelwit van het RAF Bomber Command en bovendien werden ook nog Duitse kazernes in het Kamp van Leopoldsburg in het vizier genomen. 103 Squadron verloor die nacht twee Lancasters. Een daarvan stortte neer in Hallaar bij Heist-op-den-Berg en de volledige bemanning kwam daarbij om het leven. Volgens sommige bronnen zou Oblt Werner Baake van I./NJG 1 dit toestel neergeschoten hebben. Op 9 november 2009, 65 jaar na de feiten, werd een gedenkteken ingehuldigd voor de bemanning van deze Lancaster. Het initiatief kwam van Gemeentebestuur van Heist-op-den-Berg en Heemkring Die Swane. Daarmee kregen de slachtoffers P/O Richard Whitley (piloot), Sgt Keith L. Ramage (boordwerktuigkundige), WO2 James A. Carter RCAF (navigator), Sgt John W. Smith (boordschutter), F/S Ronald B. Webb (bommenrichter), Sgt Peter N. Crutchfield (radio operator) en Sgt Kenneth M. Martin (boordschutter) een permanent gedenkteken. Ze hebben hun laatste rustplaats op het Schoonselhof-kerkhof te Antwerpen.