In 1961 en 1962 ontving de Belgische Luchtmacht haar eerste helicopters voor gebruik in eigen land (de drie Bristol Sycamores uit 1954 dienden in Belgisch Congo). De vijf bij Sud Aviation in Frankrijk in licentie gebouwde Sikorsky HSS-1 werden gebruikt voor de oprichting van een Search-and-Rescue eenheid te Koksijde. Ze ontvingen de serials B-4 tot B-8 en de call-signs OT-ZKD tot OT-ZKH. De laatste twee vlogen met het anker van de Belgische Zeemacht over de cocarde en werden ook gebruikt als vliegende mijnenvegers. In 1963 en 1967 werden ze aangevuld met vijf en twee van Sabena overgnomen Sikorsky S-58c. Bij de ingebruikname van de Sea King bleven enkele HSS-1 nog in gebruik voor de opleiding; de S-58C werden toen uit dienst genomen.
Sikorsky (Sud Aviation) HSS-1 B-8 (c/n SA185) maakte de laatste vlucht van de Sikorsky in België op 19 juli 1986. Voor die gelegenheid was het in speciale kleuren gezet. Het toestel kwam in dienst op 20 april 1962 en werd na 3.489 vlieguren uit dienst genomen. Het werd op het grasveld voor de kazerne van Koksijde gezet naast Hunter ID123.
Op maandag 16 juni 2014 werden zowel de HSS-1 B-8 als de Hunter F4 ID123 verwijderd. Door de vele jaren buiten in weer en wind waren de toestellen in slechte staat. Ze werden overgebracht naar een loods op het vliegveld waar ze momenteel (2021) nog steeds te vinden zijn.
