Deurne, 15 oktober 2016. In het Stampe en Vertongen Museum waren we door Jean Dillen uitgenodigd op de voorstelling van zijn boek « Jean Stampe & Maurice Vertongen – Antwerpse vliegtuigbouwers.” De Constructions Aéronautiques Jean Stampe & Maurice Vertongen was ongetwijfeld een van de meest succesvolle Belgische vliegtuigbouwers. De twee oorlogsvliegers maakten het allermeest gebouwde Belgische vliegtuig, tevens leverden ze het enige Belgische gebouwde militair vliegtuig aan het buitenland. Het was de enige Belgische vliegtuigbouwer die een eigen ontwerp in licentie liet bouwen in het buitenland.
Een betere plaats voor deze boekpresentatie dan het Stampe en Vertongen Museum was moeilijk te vinden. Na een korte inleiding door Danny Cabooter, de voorzitter van het museum, kwam auteur Jean Dillen aan het woord: “Ik beken hier dat ik dit boek gepleegd heb. Ik was niet alleen, mijn medeplichtige vond ik bij Snoeck uitgeverij, bij Danny Cabooter en het Stampe en Vertongen Museum, en bij Raymond Cuypers van Raymond’s Aircraft Restoration. Zonder hen had de misdaad niet kunnen plaatsvinden. Ik heb Jean Stampe nooit gekend, maar uit wat ik heb gevonden blijkt dat hij een gedreven man was, erg begeesterd, vooral op het gebied van luchtvaart. Soms was hij wat opvliegend. Het eens niet invullen van een vluchtenboek werd bijvoorbeeld beslecht voor de rechtbank. Met zijn werknemers leefde hij op goede voet, zijn personeel werkte graag voor hem. Maurice Vertongen was de man in de schaduw, hij beheerde de financiële kant van het bedrijf en hield de vinger op de knip. Maurice was de zoon van een Brusselse beenhouwer. In zijn jonge jaren was hij zelfs een bekend voetballer, een Rode Duivel avant la lettre. De SV4 is het schoonste dat Stampe ons heeft nagelaten.”
Ondertussen hebben we het boek van Jean al grondig doorgenomen. Het is duidelijk dat dit een levenswerk is. Het is een totaal ander concept dan het bekende werk van Reginald Jouhaud (Les Avions Stampe, Wimpel Amsterdam, 1993, nog verkrijgbaar in het SV-museum.) Zelf schrijft Jean Dillen in zijn introductie dat de pennenvrucht het resultaat is van 40 jaar research en dat merken we ook. Het verhaal begint bij het gezin waarin Stampe is opgegroeid. Al direct volgen we Jean Stampe tijdens een avontuurlijke reis door Italië. Het bekwam hem niet te best, hij belandde in een ziekenhuis en de auteur vond zelfs de medische fiche terug van de medische opname en het ontslag uit het ziekenhuis.
We hebben ons altijd afgevraagd hoe Jean Stampe en Maurice Vertongen elkaar in het zakenleven hebben gevonden. Jean Dillen verhaalt hoe het duo in het Franse Etampes ‘tijdens de lange avonden voor de haard en de vele glazen Franse wijn’ tot de conclusie kwam dat Maurice na de oorlog geen zin meer zou hebben om de beenhouwerij van zijn ouders over te nemen en dat Jean het niet zag zitten om het café van zijn ouders over te nemen. Na de Eerste Wereldoorlog startte hun samenwerking, er werd op Deurne een vliegschool opgericht. Bessonneau-loodsen werden gebruikt als onderkomen voor de vliegtuigen. De oprichting van het bedrijf Stampe & Vertongen dateert van 1923, het eerste vliegtuig dat Stampe en Vertongen bouwden was de RSV32/90, een ontwerp van Alfred Renard.
Jean heeft het niet alleen over de glorieuze momenten van Stampe en Vertongen. Het ongeval van demonstratiepiloot Henri Sebrechts met de RSV23/180 op 25 juni 1927 wordt gedetailleerd beschreven. Ook het drama met de SV10 in Borsbeek op 5 oktober 1935 krijgt veel aandacht. Voor Jean Stampe was die crash zeker een keerpunt in zijn leven. Hij verloor zijn ontwerper George Ivanow en zijn enige zoon Léon Stampe. Dingen die hem vroeger nauw aan het hart lagen, kregen plots minder aandacht.
Jean Dillen heeft al veel publicaties op zijn naam staan, ondermeer “1940-1945. De bezetting van Antwerpen in 1.000 foto’s.” |
Jean Dillen kent de oorlogsgeschiedenis van Deurne als geen ander, het hoeft ons dan ook niet te verbazen dat de periode van de Tweede Wereldoorlog sterk is gedocumenteerd, met ondermeer beelden van de levering van SV5’s aan Letland. We leren hoe het bedrijf voor de Duitse inval werd ontruimd. Stampes Bessonneau-loodsen, een werkplaats en een hangar werden bij de aftocht van de Duitsers opgeblazen.
Veel aandacht gaat naar Elza Leysen, ze speelde dan ook een prominente rol bij de ontwikkeling van Stampes SV4. De ontwikkeling van het SV-bedrijf loopt natuurlijk samen met de ontwikkeling van de Antwerpse luchthaven, dus ook vanuit het standpunt van de luchthavenhistoriek is dit een zeer boeiend verhaal.
Jean besluit zijn boek met een hoofdstuk over het Stampe & Vertongen legaat. Fervent Stampe liefhebber Danny Cabooter bewaakt de nagedachtenis in het Stampe en Vertongen Museum, daar bezit men een tiental SV4B’s. In dat laatste hoofdstuk krijgen we een aantal foto’s te zien van de vliegwaardige SV4B’s en enkele beelden van de inhuldiging van het standbeeld van Jean Stampe op 16 mei 2015.
Auteursrecht is heilig, maar de naam van de fotografen in de mooie foto’s plaatsen is grafisch geen goed idee, de naam van de fotograaf hoort eerder bij het onderschrift. Jean Dillen heeft natuurlijk heel wat unieke foto’s in zijn boek verwerkt, ondermeer uit de collectie van Georges Lecomte. Wijlen Georges Lecomte zou ongetwijfeld genoten hebben van deze lectuur.
We houden van de ludieke schrijfstijl van Jean, het is dan ook een vlot leesbaar boek. Op iedere bladzijde voelen we dat zijn leuk gebrachte verhalen onderbouwd zijn met stevige research.
Het Stampe en Vertongen Museum geeft een aantal boeken een luchtdoop. Niet speciaal voor de boeken alleen want dan wordt het wel wat duur, maar bij een geplande vlucht worden er telkens een aantal exemplaren meegenomen. Op de eerste bladzijde staat dan een sticker met de datum van de vlucht, de registratie van het toestel, plus de handtekening van Danny Cabooter, SV-piloot en voorzitter van het Stampe museum. Zo is het boek ook een hebbeding voor verzamelaars.
Uitgeverij Snoeck, www.snoeckpublishers.be
ISBN 978-94-6161-321-9
Verkrijgbaar bij Standaard boekhandel en in de museumshop van het Stampe en Vertongen Museum, 25 euro.
Frans Van Humbeek
Foto’s: Manu Godfroid