Op 14 juli 1940 vertrokken zes Bristol Blenheim IVs van 53 Squadron RAF vanaf hun thuisbasis Detling richting de Gentse Kanaalzone. Het squadron was nog maar enkele dagen toegewezen aan RAF Coastal Command. Voorheen maakte het deel uit van Fighter Command maar door de dreigende invasie van de Britse eilanden, was het alle hens aan dek om de Duitse invasievloot in Franse, Belgische en Nederlandse havens te bestrijden. Slechts vijf vliegtuigen keerden terug naar Engeland en ze rapporteerden bijna allen intens luchtafweergeschut.
De Duitse flak raakte de zesde Blenheim, serial N3551, squadroncode PZ-E. De piloot probeerde nog een noodlanding te maken maar het brandende vliegtuig brak daarbij in twee stukken, waarschijnlijk toen het enkele bomen raakte. Piloot F/O Alastair D. Panton DFC en de navigator Sgt Alfred E. Farrow liepen daarbij zware brandwonden op. Ze konden aanvankelijk ontkomen maar werden uiteindelijk toch krijgsgevangen genomen. Het lichaam van boordschutter Sgt Leslie H. Stride werd bij het wrak gevonden. Hij kreeg een graf op de gemeentelijke begraafplaats van Eeklo waar hij ook vandaag nog rust.
Op 18 september 2014 bezocht de 92-jarige zus van Leslie Stride, Enid Stride, het graf van haar broer op het kerkhof van Eeklo. In maart 2015 overleed ze.
Op 11 juli 2015 werd in de Voordestraat te Lovendegem, vlak bij de plaats waar de Blenheim N3551 neerkwam, een gedenkteken onthuld in aanwezigheid van twee van de drie families van de bemanningsleden.De kleindochter van de piloot Panton, Victoria Panton-Bacon schreef, op basis van een manuscript van zijn hand dat ze op de zolder van haar ouders vond, een boek met de titel ‘Six weeks of Blenheim Summer’. Het verscheen in 2014 bij Biteback Publishing (ISBN 9781849546683).