Op het Tereken-kerkhof rusten zeven gesneuvelden van de Lancaster I ‘London’s Pride and Joice’ LL851 BQ-V van 550 Sqn, brandend neergekomen in de nacht van 21 op 22 mei 1944 (omstreeks 01.50 uur) op een veld ongeveer drie kilometer ten zuidwesten van het stadscentrum van Sint-Niklaas, tussen de Wever-en Heimolenstraat
De Lancaster was opgestegen in North Killingholme (Lincolnshire) en had Duisburg als doel. Die nacht hadden 532 vliegtuigen deelgenomen aan het bombardement. De LL851 BQ-V werd bij de terugvlucht neergehaald door een Duitse nachtjager. Resten van de Lancaster lagen verspreid over een afstand van meer dan één kilometer.
De Brits-Canadese bemanningsleden liggen in zes kisten en werden door de Duitse bezetter eervol begraven. Een afscheidsplechtigheid en de teraardebestelling vond reeds plaats op 23 mei 1944. Zoals gewoonlijk was de lokale bevolking niet welkom op de begrafenis.
Verkoolde resten van twee niet geïdentificeerde en verkoolde bemanningsleden werden samengevoegd in één kist. Na de Tweede Wereldoorlog wordt de identiteit van de twee niet geïdentificeerde lichamen opgehelderd. Officieel rusten Sidney Jarvis en David Mayo in een gezamenlijk graf.
Hier liggen begraven:
Sergeant (Flt. Engr) Donald Sidney Bruty, Pilot Officer (Pilot) Peter James Dukelow, Flying Officer (Nav) Leslie Ronald Dunham, Sergeant (Air Gnr) Sidney Alfred Jarvis, Pilot Officer (Air Gnr) Herman Earl MacDuff (RCAF), Sergeant (W.Op./Air Gnr) David Alfred William Mayo en Pilot Officer (Air Bomber) Leslie Robert Towsley (RCAF). Het waren vijf Engelsen en twee Canadezen tussen 19 en 24 jaar oud.
We zien acht zerken op het lange perk, maar slechts zeven zijn van de Lancaster-bemanning. Bij de graven is ook een gedenkplaat aangebracht.
Aan de Heimolenkapel in Sint-Niklaas staat een monument voor de bemanning (zie databank).
Bron: De laatste vlucht van London’s Pride and Joice. Onderzoeksverslag van Raymond Heymans en Piet Van Bouchaute.