Wanneer mini maxi is

Guido Bouckaert
11 september 2011

Moorsele, 4 september 2011. Het was voor de 30ste (!) keer alweer dat de West-Vlaamse modelvliegclub WVLAC in haar veertigjarig (!) bestaan een model-airshow organiseerde. De sterke club die bestaat uit dik 100 leden, waarvan er 68 als piloot in de weer zijn, deed alweer haar reputatie alle eer aan. Vele van de schaalmodellen die ze vliegen overtreffen zelfs hun full scale confraters en rare dingen gebeuren er in de lucht als een groep gekmakende Britten zoals het Panic Team dat is, de show komt stelen. Van het Europees kampioenschap kwam wegens het barslechte weer niks in huis maar wie vloog mocht uit erkentelijkheid van de clubleiding een fles champagne aanvaarden. De kist was in n‘mum gekraakt.

Het is bijzonder hoe geavanceerd het modelvliegen wel is: er treden vliegtuigen aan met turbine-, jet-, en verbrandingsmotoren. En de kenner weet dat de elektromotoren heden superkrachtig zijn met batterijspanningen van 60V en stromen van 250 A. Huh?

Guido Bouckaert
Foto’s: Jan Vanhulle

Ze schrijven ze zich in, de deelnemers aan de 30ste model-airshow van WVLAC. Mocht het hier om full scale vliegtuigen gaan, dan zou de apron van eender welke luchthaven te klein zijn.

Modelvliegtuigen zijn er in diverse categorieën: klasse 1, met een gewicht tot 12 kg en klasse 2, wegend tot 25 kg. Maar ook: modelvliegtuigen mogen worden gevlogen tot een maximaal gewicht van 150 kg!

De piloot van deze Lama ofte Alouette II heeft zijn show al gebracht. De fles champagne staat te koelen in de wind.

Beide heren met Corsair komen uit Nederland. De Corsair in de wagen. Modelvliegtuigbouwers zorgen ervoor dat de kist precies in de laadruimte van de auto past.

Met modelvliegtuigen kan het alle kanten op. Ze nemen elke vorm aan die vliegt. Ze zijn vaak nog beduidend stil in vlucht.

Schitterend hoe die baby-Stuka van het veld wordt gedragen. De replica is precies echt met uitklapbare, geperforeerde luchtrem en langstrekkende roeren.

Ook Blériot is van de partij. Dit modelvliegtuig is een schitterende replica. Kenners herkennen een OS Max-motor en een houten schroef van Graupner.

De nestor van WVLAC, de kranige zeventiger Werner Vanneste, toont een van zijn vele modellen, een Bf109. Zoals vele modelvliegtuigpiloten, vloog Werner ook in ‘t echt. Hij weet te vertellen dat het inschatten van de vliegbewegingen van op afstand, moeilijker is dan als je daadwerkelijk in de cockpit zit. Daar heb je instrumenten voor je neus die de vlieghoudingen verraden. Werner vliegt ook een model van de Piper Cub die 15 kg weegt, 3,65 m spanwijdte telt.

Ook jonge gasten laten zich gelden. Wat je al niet kan met zo’n modelvliegtuig …

Maar ook rechtlijnige vlucht … Alleen als je goed toekijkt, kan je het model van het echte vliegtuig onderscheiden.

Vliegbeweging moet je becommentariëren met wijde gebaren. Dat doen dus de beide leden van het Ghost Squadron uit de UK. Zie ook hoe het model van G-AHVX aandachtig bij de les is. Dit modelvliegtuig is een replica van de DH82A Tiger Moth uit 1943 met C/N 866127. Het modelvliegtuig meet 4,30 meter van vleugel- tot vleugeltip, weegt 55 kg en vliegt op een boxermotor van 384 cc/29 pk.

En dit zijn de paniekzaaiers van het Britse Panic Team. Zij vliegen elkaars toestellen uit de lucht. Geen nood, hun toestelletjes daartoe zijn zo sterk en elastisch gebouwd, dat je ze doodgewoon tegen de grond aan kunt keilen zonder schade. Ook vliegt het team bij valavond een ernstiger act met minuscule lichtbronnen in de vleugels, voor een feeëriek spektakel.

Guido Bouckaert

Guido, een uitdovende PPL die voor reportages mee vloog in +120 vliegtuigen en in acht types vloog als PIC, is de jongste nestor onder de Vlaamse verslaggevers over luchtvaart. Zijn teksten worden wereldwijd geplaatst in gedrukte en digitale media. Guido maakte vroeger deel uit van de redactieraad, vandaag pent hij als gastauteur.